
vrijwilligster Huiskamer Lange Land Ziekenhuis
Eerder: Verslag van het secretariaat
Hallo allemaal, mijn naam is Marian Vink. Ik ben 67 jaar en heb 45 jaar in de zorg gewerkt. Ik ben op mijn 63ste met vervroegd pensioen gegaan, omdat het werk lichamelijk te zwaar werd. Vrij snel na mijn pensionering heb ik mij opgegeven bij het UVV voor vrijwilligerswerk in het ziekenhuis.
Ik wilde vooral de dingen doen waarvoor ik in de laatste werkzame jaren geen tijd meer voor had, zoals praatje met bewoners van een woonzorgcentrum, extra aandacht als mensen eenzaam of onrustig waren. Ik werk nu dus al 5 jaar samen met mijn fijne collega Cilly in de huiskamer op de 2de etage. Dat doen we altijd op woensdagmorgen. We melden ons altijd eerst even bij de balie van de verpleging en vragen of er patiënten zijn voor de huiskamer. Zij overleggen dan met elkaar wie er naar de huiskamer zou kunnen en als de mensen dat willen, brengen ze hen daar naartoe.
Als de mensen binnenkomen vragen we aan de verpleging of er beperkingen zijn m.b.t. eten en drinken, denk aan diabetes, vochtlijst, verdikt drinken aanbieden, maar ook op het gebied van communicatie i.v.m. dementie of spraakstoornis. Dank zij mijn jarenlange ervaring in de zorg weet ik de juiste vragen te stellen. Ook hebben wij contact met de voedingsassistenten, die het eten/drinken komen brengen. Sommige patiënten willen graag een praatje maken. Anderen vinden het leuk om een spelletje te doen (o.a. met behulp van de tovertafel) of een kopje koffie drinken. Er zijn mensen die na een half uur weer terug naar zaal willen. Anderen blijven wat langer. Als er patiënten zijn die dit willen, gaan we ook samen lunchen in de huiskamer.
En als er een keer geen patiënten zijn voor de huiskamer, gaan wij, na overleg met de verpleging, de zalen/kamers op om met de patiënten een praatje te maken. Maar uiteraard alleen als mensen dat zelf ook leuk vinden. Dat laatste is vaak wel het geval. Dat merk je snel genoeg. En als het ‘klikt’ dan geeft dat de patiënt, maar ook ons ontzettend veel voldoening. Dat is zeg maar waar je het voor doet. Vaak krijg je dan verhalen te horen over vroeger, wat voor werk ze hebben gedaan, over de kinderen, over de Tweede Wereldoorlog. Echt negatieve kanten zitten er niet aan ons werk, al hoor je soms wel verdrietige, schrijnende verhalen van patiënten (jong en oud), die toch wel kunnen aangrijpen.
Nu de huiskamer al geruime tijd gesloten is, kunnen Cilly en ik ons vrijwilligerswerk helaas niet meer doen. Ik mis dat wel heel erg. Je probeert het te compenseren en dat lukt heel aardig hoor. Samen met mijn man fietsen we veel, we tennissen samen, we wandelen samen. Daarnaast werk ik in de tuin van ons appartementencomplex.
Ook brei ik lapjes die voor de bewoners van het verzorgingshuis waar mijn moeder heeft gewoond en waar ik in normale tijden ook vrijwilliger ben. Van die lapjes worden door de bewoners samen met de activiteitenbegeleidsters, hele mooie dekens gemaakt. Dus ik vermaak me wel, maar zou toch een gat in de lucht springen als ik weer in de huiskamer aan het werk kan.